Klaroengeschal weerklinkt overal waar je in het Vlaamse land belandt telkens de Pride-carnavalstoet uitrijdt.
Geen zinnig mens die daar tegen kan zijn, zo oordelen de opiniebepalende weldenkenden. Elke zweem van bedenking of licht hoofdschudden ontmaskert de vooroorlogse boosdoener als een homofoob. Weinigen in Vlaanderen die geen gay van ver of nabij kent, laat staan dat die gebasht zou moeten worden. Velen echter ergeren zich aan de nogal arrogante vanzelfsprekendheid waarmee de Pride-deelnemers net geen Nobelprijs voor de Vrede worden toegekend. Een hoogmis langs links én rechts van slachtofferschap en dat terwijl de doorsnee Vlaamse homo toch niet in armoede leeft of geen tekort vertoont aan evenementen, vieringen en artistieke bejubelaars. Het opdringerige karakter van dergelijke uitbarstingen van verplichte vreugde, waardoor de andere helft van de stad ’s nachts geen oog kan dicht doen of tijdens de voorafgaande weken murw getreiterd wordt door het ‘wanneer krijgen we nog eens wat meer rechten’-gejengel van de misdeelden is er teveel aan.
Wie via het Proximus-kanaal of via de rode stadszender ATV de live-uitzending van de Pride in Antwerpen volgde, werd overstelpt, ja zelfs versmacht door de lofbetuigingen aan eigen adres. Elk wezentje dat in beeld kwam fladderen klopte zichzelf op de nepborst met een traanverhaal over pestgedrag op de schoolkoer, over hoe de kracht van het geloof in de eigen geaardheid en over hoe de morele steun van rolmodellen hun leven hadden gered. Of zoiets. Van Lady Gaga tot Sven Pichal, die knallers wisten pas hoe de karavaan-cruisers zich voelden.Een lullende lesbo-presentatrice kwam oeverloos tussen bij haar praatgasten om te bevestigen hoe graag ze haar vrouw wel zag en hoeveel begrip ze kon ophoesten voor de figuren die ze constant onderbrak. Een negerin met een microfoon blonk van opwinding tijdens haar zusterbabbel met Miss Travestiet. Kleurrijk! Bevrijdend! Wat moet het sneu zijn om hetero te zijn, zo ver buiten de hemelse regenboog-community. Op het Antwerpse Operaplein staat het statige operagebouw er al maanden ontsierd bij door kitscherige regenoogkleuren op de zuilen aan de ingang. Deze landschapsvervuiling moet kunnen, vindt de zittende politieke klasse zonder enige zin voor klasse. De organisatoren likten duimen en vingers af bij zoveel foorjolijt. Lakeien van de ‘democratische partijen’ kwekten een roze bonbondoos vol clichés bijeen. In Cabaret-stijl uitgedoste homo’s, geblokte lesbiennes, bipolaire binairtjes, een Queer Choir en een handvol Adèle-imitatoren werkten samen met een honderdtal middenveldorganisaties en trokken 150.000 fans, het hart vol van commerciële peis en vree.
