Vanmorgen vond de eerste fysieke legale schermutseling plaats tussen een vertegenwoordiger van Reuzegom en het satirische blad ‘tScheldt. In tegenstelling tot een dronken gevoerde student die maar wat graag had toegetreden tot het Reuzegom Genootschap, moest Reuzegommer Strontvlieg het opnemen tegen een flink uit de kluiten gewassen advocaat.
Advocaten, rechters, voorzitters en al wat er aan belanghebbenden in justitiepaleizen rondloopt haten ‘tScheldt omdat we als vrijgevochten karikaturisten vrij en vrank durven schrijven over wat er zich allemaal afspeelt in de paleizen van recht en onrecht.
Zelfs de eigen advocaten van ‘tScheldt houden de uitgave van ‘tScheldt argwanend in het oog als er artikelen over justitie verschijnen. Satire over justitie is dan ook een weinig beoefende sport door de Regimepers wegens de belangen die elkaar kruisen in de bovenbouw van de maatschappij.
Moest de zaak Reuzegom versus ‘tScheldt een Netflix-serie zijn dan zouden vanmorgen vertraagde beelden te zien zijn geweest van de protagonisten wanneer ze plaatsnamen op hun respectieve kruisjes met krijt gekalkt op de vloer van het strijdtoneel.
Reuzegommer “Strontvlieg” liet zich representeren door advocate Davina S.
‘tScheldt liet zich representeren door advocaat Frank S.
Vrouwe Justitia liet zich representeren door rechter Lien B.
In de zaal zat de vermaledijde verantwoordelijke uitgever van ‘tScheldt John W.
Tal van tegenpartijen hebben in het verleden in rechtszaken geopperd dat John W een imaginatie was van enkele mensen achter ‘tScheldt om getogateerde advocaten op het verkeerde been te zetten. Vermits ‘tScheldt nooit iemand op het verkeerde been tracht te zetten, behalve ‘journalist Jan Stevens van Knack’, kon het niet anders of de mensheid moest op een gegeven ogenblik erkennen dat ‘tScheldt een échte verantwoordelijke uitgever heeft. Let op, strikt genomen moet ‘tScheldt GEEN verantwoordelijke uitgever hebben. Alleen rechters zoals rechter Samuel G. weten dat niet. We verwijzen even naar een andere zaak waarin ‘tScheldt veroordeeld werd wegens het satirisch kietelen van een politica door haar xxxxxxxxxxxxxx te noemen (mag niet meer gezegd worden over deze politica op straffe van een dwangsom).
In de zaak van Reuzegom tegen ‘tScheldt draait alles over het al dan niet noemen van de naam van een Reuzegommer. Davina S, het juridische verlengstuk van advocaat Walter D., trachtte aan te tonen dat ‘tScheldt de oorzaak was van een grote volkshysterie rond de Reuzegommers.
Advocaat Frank S. riposteerde als een Hongaars schermmeester de speldenprikken, dolkstoten en lansaanvallen van de Reuzegommende zijde.
Feit blijft dat partij Reuzebom via een éénzijdig verzoekschrift alreeds bekomen had dat het artikel waarin “Strontvlieg” bij naam genoemd werd moest verwijderd worden. Feit blijft dat ‘tScheldt het artikel alreeds verwijderd had. Feit blijft dat Reuzegom via een tweede legale actie de verwijdering vroeg van een reeds verwijderd artikel. Een interessant juridisch kluwen dus waarin iedereen wel een argument vond om het een en ander van de ander te eisen, dan wel opgelegd te zien.
Rechter Lien B. was duidelijk niet van plan het debat op een drafje af te haspelen en oppervlakkig zijn gang te laten gaan. Ze stelde gerichte vragen en liet beide partijen tijd en ruimte om de respectieve argumenten te ontwikkelen. Moest de VRT niet zo zelfziek bezig zijn met De Afspraak had ze beter deze zitting gefilmd en uitgezonden tijdens de Paasvakantie.
Uitspraak binnen enkele weken.
**
Illustratie: links te paard Davina S, rechts te paard: Frank S
**
‘tScheldt geeft meer geld uit aan advocaten dan aan lunches en diners. Eigenlijk doen we niet meer aan lunches en diners om onze advocatenkosten onder controle te houden. Niet dat onze advocaten duur zijn. Ze hebben gewoon zoveel werk om de Persvrijheid te verdedigen dat het bijna gênant wordt te beseffen dat anno 2023 vrijheid van meningsuiting en persvrijheid langs vele zijden bedreigd wordt.
U kan ‘tScheldt steunen op de hierna volgende wijze:
**
STEUN ‘TSCHELDT
**
