JE MOET SCHIETEN, ANDERS KUN JE NIET SCOREN

Johan Cruijff is niet alleen de meest geniale voetballer die Nederland ooit heeft voortgebracht, maar ook de meest welbespraakte.

Het taalgebruik en de uitspraken zijn inmiddels Cruijff’s handelsmerk geworden. ‘Je moet schieten, anders kun je niet scoren’ is de reeds 25ste druk van citaten van de legendarische nummer 14 verzameld door Henk Davidse.

Zijn ontdekker Jany van der Veen zei ooit: ‘Cruijff speelde geen voetbal, Cruijff dicteerde voetbal.”

“Johan Cruijff praat inderdaad zoals hij vroeger voetbalde. Cruijff spreekt een eigen taal, die uitsluitend door Cruijff wordt beheerst”, zei oud-tv-verslaggever Herman Kuiphof.

We pikken uit het werk een twaalftal citaten uit.

Ik weet dat vele mensen mij een rotjochie vonden’ (1967).

Voor sommigen is sex voor de wedstrijd een goed excuus’ (1982).

Ik ben altijd een omstreden figuur geweest, met voor- en tegenstanders’ (1986).

Voetbal is een spel van fouten, wie de minste fouten maakt wint’ (1989).

‘Ik maak eigenlijk nooit fouten, want ik heb enorme moeite me te vergissen’ (1997).

Voetballen is simpel, maar het moeilijkste dat er is, is simpel voetballen’ (1997).

Italianen kennen niet van je winnen, maar je ken wel van ze verliezen’ (1997).

‘Ik ben overal tegen. Tot dat je een besluit neemt. Dan ben ik er voor’ (1999).

‘Ik zie voortdurend dat de spelers elkaar verkeerd aanspelen. Vroeger noemden we dat ziekenhuisballen’ (2000).

Voetbal is de hele week gesprekstof op het werk, in de kantine en in het café’ (2003).

Er is maar één bal in het spel, en als wij hem hebben, hebben zij hem niet’ (2004).

In zekere zin ben ik waarschijnlijk onsterfelijk’ (2007).

Je moet schieten, anders kun je niet scoren * Henk Davidse (samenstelling) * Uitg. BZZTôH * 192 p * 9,95 € * ISBN 978 90 453 0887 6.

Jef Penalty

**

Oorspronkelijke titel van dit artikel in ‘tScheldt Archief: 866 Cruyff T

**