‘TSCHELDT: MEDICIJN TEGEN AUTOCENSUUR

“Auto” –  in combinatie met de term “censuur” – slaat natuurlijk niet op het vierwielig, zich autonoom voortbewegend voertuig op benzine, diesel of vervuilend lithium voor maximum zeven personen. Want ik heb niets tegen deze geldzuipende melkkoe, aan wier tepels de Belgische Staatskas zich overmatig laaft, ten koste van de modale automobilist. Het oud-Griekse woord ” autos” staat hier voor “zelf”, zoals in “automanipulatie”, wat een deftig synoniem is voor “zelfbevrediging”, ook bij Cismannen “tisjketrek” en bij menstruerende genders “vingeroagge” genoemd.

Zelfcensuur is de meest perverse vorm van geestelijke automutilatie, omdat wie zichzelf censureert, zijn denkvermogen verminkt uit een voorafgaandelijke angst voor repressie. Dit beknotten van de mentale expressie in gesproken & geschreven woord, beeld en klank, kan verschillende vormen aannemen. Wie bijvoorbeeld nog verboden woorden zoals “neger” of “blanke” in een tekst hanteert, zal die tekst niet meer gepubliceerd krijgen bij politiek correcte uitgeverijen. Dat mocht ik onlangs aan den lijve ondervinden toen ik het manuscript van mijn roman Tango Zulu naar de Hollandse uitgeverij Boekscout stuurde. Bij ontvangst reageerden die kaaskoppen enthousiast, maar enkele dagen later kreeg ik een telefoontje uit kikkerland:

“Hoi, Jef, hier Sara van Boekscout. Er is een probleempje met Tango Zulu. Je gebruikt het (horresco referens) n-woord…” .“Hoezo, lieve Sara? Het staat me niet voor dat in mijn boek het woordje neuken voorkomt. De gehanteerde taal is Vlaams en wij zeggen poeppen, wat bij jullie kakken betekent….” “Nee beste Jef, met het n-woord bedoel ik, nou ja, je weet wel…”

Ik deed dat ik het niet wist. Na lang aandringen kreeg die Sara het voortaan verboden woord neger met veel moeite uit haar Hollands zuigmondje. Om een zielig verhaal kort te maken: per mail deelden de vrouwen, mannen en geïnverteerde genders van Boekscout me daarna mee dat ze, in een geest van diversiteit en inclusiviteit, fundamenteel politieke bezwaren hadden tegen 4 woorden – kopvod, hoer, neger, blanke –  met het dwingend verzoek die te vervangen door respectievelijk hoofddoek, sekswerker, zwarte man, witte… Ik heb hen in beleefde termen laten weten dat, indien dit hun conditio sine qua non was, dit ook het einde betekende van onze embryonale samenwerking. In feite bedoelde ik dat ze mijn reet konden likken en eens ferm mijn Brabantse kloten konden  kussen. Maar zo’n schunnig taaltje laat ik over aan pornografische talenten zoals Lanoye, Brusselmans, Humoristen Rukkers & elitaire genders van LGTBQX+ – obediëntie die geregeld de media mogen vervuilen op kosten van Jan & Mie Modaal. Boekscout heeft mijn reet gelikt en m’n kloten gekust:” Non, je ne regrette rien”…

Ik doe niet mee aan dat taalhandicappend spelletje van zelfcensuur waarbij de eigenlijke censors zelf buiten schot blijven en in de luwte ongestoord hun destructieve maatschappelijke actie kunnen verder zetten, zoals hen opgedragen door de communist Gramsci. Mijn principiële houding was de oorzaak van de boycot die ik decennialang  mocht ondervinden. Maar mij hoor je niet klagen. Om de woorden Van Karel Dillen te parafraseren: “Liever een magere wolf dan een vet schoothondje”. Gelukkig voor de satiricus in mij bestaan er nog enige onafhankelijke politiek incorrecte kanalen zoals ‘tScheldt alwaar ik mijn windei kwijt kan. Zij zijn hét medicijn tegen censuur in het algemeen en autocensuur in het bijzonder. Wie bang is voor satire en voor de tirannie van de censuur zwicht, zal zelfrespect verliezen: dan dooft het licht. En daarom schreeuw ook ik uit volle kiekenborst:

‘TSCHELDT MOET BLIJVEN!

Zeg dat Jef Elbers het gezegd heeft.