Wie gelooft die mensen nog? Deze oneliner die Yves Leterme de verkiezingen deed winnen in 2007 geldt nog steeds. In de eerste plaats voor Vincent Van Quickenborne maar bij uitbreiding voor alle regerende partijen in dit land, gisteren met zijn allen verenigd tijdens het VOKA- rentree (what’s in a name)-debat. VOKA, voor wie het was vergeten: de baas van Bart De Wever.
Wie gelooft ten eerste nog dat Quicky niet tegen die combi heeft gepist; wie gelooft ten tweede dat Quicky niet wist dat zijn vrienden tegen die combi hadden gepist en wie gelooft ten derde dat er überhaupt enig resultaat zal komen van het zogenaamde onderzoek van de gerechtelijke instanties naar het gedrag van onze minister van Justitie.
Niemand toch.
Het dedain waarmee deze paljas zijn eigen politiemensen en bij uitbreiding het hele justitiële apparaat te “pissen zet” is verbijsterend. Minstens zou je van iemand op zo’n hoge positie een beetje respect – vroeger waardigheid genoemd – mogen verwachten. Respect voor de zogenaamde derde macht: justitie. In het kader van Montesquieu’s trias politica toch niet de ‘pispaal’? Ofwel misschien: Acta Minister Q.
Wat kun je nu eigenlijk nog verwachten van uw bevolking als je zelf op een dergelijke denigrerende wijze het ganse gezag dat je belichaamt ridiculiseert.
Niets dus.
De algemeen gedeelde veronderstelling dat er nu een ernstig gerechtelijk onderzoek komt onder leiding van een onderzoeksrechter aangesteld door een Procureur des Konings is gewoonweg belachelijk. En wat moet die dan vaststellen misschien: “to pee or not to pee, is that the question?”
Als je justitie vandaag bezig ziet zou je Quick misschien nog gelijk geven. Zoals al eerder betoogd naar aanleiding van de verticale klassering van het dossier van Julie van Espen door de hoge Raad voor Justitie is die magistratuur een soort van vergeetput, een thuis voor gebuisde advocaten, de onderste laag van de rechtenfaculteit die hun werk laat doen door griffiers en stagiairs; ze zijn de lamzakken van de verzorgingsstaat. En die zouden nu moeten gaan uitmaken of Quicky heeft geplast of niet. Wie dat gelooft, gelooft dat Guy Verhofstadt een beleefd, rechtschapen, goedbedoelend en eerlijk menspersoon is.
Niemand dus.
Zo een onderzoek zou dan moeten uitgaan van een onafhankelijke Procureur des Konings. Het loont de moeite om eens na te gaan waarom men indertijd tijdens de Franse Revolutie zo’n onafhankelijke magistraat heeft uitgevonden. Niet dat dat nu nog bestaat maar misschien kunnen we er iets uit leren.
Wat betekent dat eigenlijk? De ‘avocat du peuple’ – in het Engels ‘public prosecutor’ – was iemand die het volk vertegenwoordigde, het was een figuur die opkwam voor de rechten en belangen van het volk. Deze ‘avocats du peuple’ in de Franse traditie dienden onafhankelijk te zijn, enerzijds van de politiek en anderzijds van ook het gerechtelijk apparaat waartoe zij behoorden.
Meer dan het belang van individuele slachtoffers diende deze advocat du peuple recht en rechtvaardigheid voor de bredere samenleving na te streven. Het principe werd overgenomen in de Angelsaksische wereld. In Engeland vertegenwoordigden deze prosecutors de Kroon en werden benoemd door de Koning.
Later in Amerika werd deze public prosecutor ook rechtstreeks verkozen. Dat is nog steeds zo. Voornamelijk om redenen van democratische toerekenbaarheid. Men wou er zeker van zijn dat diegenen die gemachtigd waren om de wet af te dwingen directe verantwoording zouden afleggen aan het electoraat en geen verantwoording verschuldigd zouden zijn aan enige andere tak van de regering en zo dus totaal onafhankelijk zouden zijn.
In onze Europese traditie van waardigheid en rood fluweel wordt daar nogal laatdunkend over gedaan. Alsof de Amerikanen nog steeds hun cowboyboots aan hebben.
Toch valt er iets voor te zeggen. Niet alleen in het kader van de piswedstrijd van Quicky en zijn maten. In een onafhankelijk justitieel systeem zou al vlug duidelijk worden dat Quicky had gepist – hetzij gedaan had of hij piste – en geen kaart had om uit de gevangenis te geraken zonder te betalen. Door een echte public prosecutor zou Quicky’s pisfeest tenminste zijn onderzocht, een beetje zoals Ken Clark de bezigheden van Bill Clinton en Monica Lewinsky in de Oval Office had onderzocht.
Spijtig genoeg was justitie voor VOKA geen thema waard voor 2024. Zaken die echt dringend moeten veranderen kwamen niet aan bod in de van algemeenheden stijf staande confrontatie van de 5 Voorzitters. 5 want die aan de linker- en rechterkant mochten eigenlijk niet meedoen. Eerlijke rechtspraak en een strafvervolging op maat: het kan Quicky en de zijnen niet beroeren. Misschien daarom dat men in dit land met alles weg komt en er op misbruiken in verband met kinderpornografie geen enkele uitspraak met een effectieve gevangenisstraf kan gevonden worden. Getuige het geval van de 30-jarige arbeider uit Tongeren die 7000 bestanden van kinderpornografie online verspreidde en 14 maanden celstraf kreeg VOLLEDIG MET UITSTEL.
Misschien toch eens opnieuw naar Amerika kijken met zijn naar Europese normen ontaard systeem van jury’s en prosecutors. Goed voor Quicky dat hier geen onafhankelijk orgaan noch jury bestaan die hem zouden terecht wijzen. Hier benoemt hij die typen immers zelf. En in de hand die je voedt ga je dan ook niet bijten. Food for thought voor de baas van Bart De Wever.
**
Illustratie: ‘Vrij Naar Ensor’ via Caviaarsnuiver
**
**