Encore, ENSOR, Encore

James Ensor. Uiteraard één van onze meest boeiende kunstenaars met zijn prachtige schilderijen. En uiteraard appreciëren we ten zeerste zijn dwarsheid alsmede zijn soms satirische blik op de werkelijkheid. Het “Ensor-jaar” was dan ook een terechte hulde…

Eén van de belangrijkste tentoonstellingen ging door in het Antwerpse KMSKA. Een aandachtige lezer van dit blad merkte echter iets op en contacteerde de curator, ene Herwig Todts. Leest u even mee: “Geachte mijnheer Todts, Ik bezocht de – werkelijk héél mooie – Ensor tentoonstelling. Proficiat! Toch een bemerking… alle werken van Ensor krijgen een Franstalige titel. Bedenkelijk, maar allicht historisch juist (de man sprak meer Frans dan Oostends en in de kunstwereld van toen was Frans nu eenmaal de Lingua Franca. De schilderijen werden in die tijd met een Franse titel gepresenteerd). Waarom krijgen echter de ‘begeleidende’ werken van buitenlandse kunstenaars zoals Monet, Manet, Munch, Redon, Martin… dan wel een Nederlandse titel? Die kunstenaars waren – of vergis ik mij – niet bepaald Nederlandstalig. Ik vraag me bovendien af, als ‘De Oestereetster’ van Ensor terug in de vaste collectie gaat hangen, welke titel gaat het werk dan krijgen? Terug in het Nederlands? Of blijft het “la mangeuse d’huitres”? En gaat men de werken van anderstalige kunstenaars zoals Magritte, Titiaan, Modigliani uit de vaste collectie ook in de taal van de kunstenaar presenteren? Met vriendelijke groeten”.

Klare taal, menen we. En wat liet de heer Herwig Todts antwoorden (want zelf houdt hij zich kennelijk niet bezig met het publiek) door één van zijn assistentes (die overigens even onbeleefd naamloos bleef. Was het Deborah, Cheyenne of Shakira? ):

“Bedankt voor uw enthousiaste mail, we zullen de complimenten doorgeven aan de curator. Wat de Franse titels betreft: er is inderdaad een keuze gemaakt om dit enkel bij de werken van Ensor te doen in deze expo. Doorgaans vermelden we titels in het Nederlands en vullen we aan met vertalingen.”

Zo, dat weet u dan alweer. Het KMSKA geeft geen enkele reden op en beantwoordt de gestelde vragen uitdrukkelijk niet. De curator (totemnaam bij de scouts, Lapin Arrogant) haalt zijn neus op voor Jan Publiek.

In Gazet van Antwerpen (klik HIER) geeft hij ondertussen vanuit zijn Brasschaatse villa een woordje uitleg, niet over Ensor, eerder over zichzelf. De titel zegt genoeg: “Jarenlang de wereld rondgereisd”…

Een citaat hieruit: “We hebben al op veel plaatsen in de wereld advies gegeven, ik denk dan aan de Verenigde Staten, Japan, Frankrijk, Engeland, Italië en – om begrijpelijke redenen – ook in Zwitserland.”

Met zo’n reisagenda heb je natuurlijk weinig tijd om een burger – die toch maar fijntjes met zijn ticket mee die reisjes financiert – een beleefd antwoord te geven. Laat staan om zijn bizarre taalkeuze te verduidelijken.