Communistische paradijzen
Voor wie AMADA niet meemaakte: dat was een revolutionaire beweging die begin jaren zeventig zoveel mogelijk ontwrichtende acties op het getouw zette. Stakingspiketten aan fabriekspoorten opjutten, infiltratie in de vakbonden en via financiële steun door rode regimes op sectaire wijze argeloze jonge idealisten hersenspoelen. Dat was ‘Alle Macht Aan De Arbeiders’ van 1970 tot 1979, het jaar dat deze duistere club vervelde tot de Partij van de Arbeid (PVDA), zoals in Nederland de sociaaldemocraten zich nog steeds noemen. AMADA en PVDA beschouw(d)en zich immers in de eerste plaats als ‘echte’ socialisten die de weg plaveiden naar de communistische heilstaat van de toekomt. Als voorhoedepartij tot de uiteindelijke ‘dictatuur van het proletariaat’ zich ooit vestigt. De Sovjet-Unie, de Chinese Volksrepubliek, het Cambodjaanse Pol Pot-regime, Noord-Korea van de Kimmetjes, de boerenstaat Albanië onder de knoet van Enver Hoxha, de totalitaire gruwel van het Roemeense Ceausescu-bewind; we kennen helaas te veel van dergelijke rampzalige menselijkheid- verwoestende utopieën. Ideale staten, volgens de extreem linkse club die zich anno 2024 voordoet als een vriendelijke solidariteitspartij met aardige vogelspotters als ‘de’ Raoul Hedebouw en TikTok-koekoeksei Jos D’Haese. Vergis u echter niet: de partij blijft trouw aan de gestaalde grondbeginselen van de verbeten oprichters zoals Ludo Martens en Kris Merckx. Auteur Edouard Hemry legt in zijn rijk gestoffeerde boek uit met welke sectaire methodes de PVDA ronselt, zowel in Gutmensch-kringen, in syndicale middens en, zoals we bij de laatste verkiezingen zagen, bij de moslims in de moskeeën.
Revolutie!
In de periode 1967-1970 ontwikkelden zoontjes uit begoede families aan de Leuvens universiteit zich tot een van het eigen gelijk overtuigd samenraapsel dat de Revolutie predikte. Welke revolutie? Opstand tegen het Kapitaal (altijd in kapitale letters) dat vernietigd diende te worden. Net zoals in de jaren veertig-vijftig de Frankfurter Schule (met joodse burgerijjongelingen die hun vaders verachtten) de communistische revolutie zagen mislukken door het ‘domme’ egoïsme van de arbeidende klasse en daarom koos voor een neomarxistische uitholling van de instellingen. Hun leerlingen/volgelingen begonnen de Mei’68-hobby-revolte. Creaturen zoals Paul Goossens (oud-hoofdredacteur De Morgen) en zijn acoliet Walter De Bock (ook een DM-scribent van uiterst linkse signatuur) en Kris Merckx (die later Geneeskunde voor het Volk-cult oprichtte) gingen onder leiding van de ‘visionaire’ dictator Ludo Martens de barricaden op. De Studentenvakbeweging (SVB) werd de voorloper van AMADA. Tijdens de befaamde petrochemiestaking van 1976 (uitgelokt door communistische ABVV-agitatoren via een ‘wilde staking’ bij de firma RBP voor de terecht ontslagen afgevaardigde Miel De Bruyne – binnen extreemlinkse bubbels nog steeds een ‘working class hero’ -) zag AMADA de kans schoon om de nep-hommeles breder uit te smeren. De maoïstische beïnvloeding werd via Nederland en Duitsland geïmporteerd. Grote Leider Ludo Martens raakte bedwelmd door het Rode Boekje van de politiek faliekant mislukkende en vrouwen aan de lopende band misbruikende Chinese Roerganger Mao en sindsdien behield AMADA-PVDA een blind linkeroog. Nooit nam de partij afstand van de Mao-horror…
De keuken
Auteur ‘Eddy’ Hermy werd in de beginjaren van AMADA ‘Eddy, den arbeider’ genoemd omdat hij daadwerkelijk de enige arbeider was in die intellectuele commie-club. Eddy werd geïndoctrineerd door de marxistisch-leninistische maatschappijanalyse. Het kapitalistisch systeem knechtte de werkende mens die zichzelf moest verkopen aan de winst opslurpende ‘baas’. Aan karikaturen nooit gebrek. AMADA-PVDA voorzag in ‘vorming’: dorre tekstbrokken uit de marxismedoctrine moesten worden ingestudeerd. Er werd door partijcommissarissen streng op toegekeken dat militanten zich de materie eigen maakten. Zij kwamen ook aan huis om de verplichte partijbijdrage te innen. In die tijd verdiende Eddy 19.400 Belgische frank en moest daarvan 400 frank afstaan aan de partij. Toen hij een moto kocht werd hem dwingend gevraagd waarom hij geen auto had gekozen om zo zijn kameraden met carpooling mee te kunnen nemen. Egoïsme was immers zo burgerlijk, foute Eddy! Kaderleden werden gevraagd erfenislegaten aan de partij te schenken. Zoals paters in een kloosterorde, dus.
Binnen het paranoïde denken van de partijkaders paste het dan ook dat Eddy een schuilnaam kreeg. Zelfs zijn echtgenote moest hem indertijd ‘Kameraad Donald’ noemen (en neen, dat was toen zeker geen knipoog naar Trump). Eddy stond redelijk dicht bij Ludo Martens en dat verschafte hem enig aanzien. Zo mocht hij mee langsgaan bij Martens’ ouders, brave landbouwers die begot niet wisten waar hun Ludooke mee bezig was. Als tijdens een vergadering Martens plots een ellenlange Castro-achtige speech onderbrak en een tijd zweeg, hield iedereen zich doodstil, want niemand durfde de leider onderbreken in zijn ongetwijfeld diepgaande mijmering. De ware bazen van de partij werden als ‘de keuken’ bestempeld. De subtop was de ‘eetzaal’. Toppunt was dat niet iedereen in ‘de keuken’ gekend was. Schimmige leden hadden soms meer macht dan de slippendragers in de buitenwereld. Wie van de huidige leiders tot de keuken behoort is onduidelijk. Kersvers Europees parlementslid Rudi Kennes bijvoorbeeld, niet. Het beviel zijn Marokkaanse echtgenote geenszins dat hij het grootste deel van zijn 13.000 euro wedde per maand moet afstaan aan de partijkas. Trouwens, wat ABVV én ACV betreft: toen auteur Eddy in zijn tijd binnen de syndicale wereld moest gaan loeren of er volk beïnvloedbaar was voor de ‘goede zaak’, kreeg hij onder zijn voeten van de commissarissen, indien hij delen van de partijspeerpunten had verzuimd toe te lichten aan de hunkerende kudde. Toen Eddy op den duur aan de sekte ontsnapte, kreeg hij meteen de rug toegekeerd van zijn kameraden in de stamkroeg. Nadat de partij hem een dolk in de rug plantte bij zijn werkgever ving hij ook bot voor een uitkering nadat een PVDA-militant bij de vakbond zijn werkloosheidsdossier saboteerde. Niet te verwonderen dat de auteur vandaag naar rechts is geëvolueerd; niet te verwonderen dat het Anti-Fascistisch Front (what’s in a name?) zijn boek op haar website neersabelt als zijnde ‘waardeloos’.
De PVDA is intens actief in allerlei organisaties die ijveren voor de vrede of voor open grenzen. Vele goed menende wereldverbeteraars beseffen niet hoe ze worden gemanipuleerd. Net zoals in de jaren tachtig de anti-rakettenbetogers geen weet hadden van Russische geldelijke injecties noch van de zwijmelende propaganda. Ook binnen de reguliere media druppelt het oude AMADA-DNA nog na.
Lompenproletariaat
Wijlen Ludo Martens is inmiddels geschrapt uit alle mogelijke partijteksten. Tja, adviseur spelen voor een moorddadig regime als dat van Kabila in Congo was inderdaad niet kies. Ook niet plezant voor Martens’ toenmalige assistent Raoul Hedebouw, nemen we aan. Opmerkelijk is dat volgens de auteur danig neergekeken wordt op het ‘lompenproletariaat’ dat ‘de aarde zal erven’. Lompe proletariërs in wier plaats men moet denken. Dat geldt ook voor allochtonen op wie door de partijtop serieus wordt neergekeken. Gelukkig zullen de intellectuelen van de partij wel voor hen de stippellijnen invullen. En als nu de moslims ooit in de meerderheid zijn en het van ons overnemen, zoals de Ayatollahs in Iran hun communistische medestanders na de Revolutie executeerden, waagde iemand ooit luidop te vragen? Tja, dan is tenminste het kapitalistisch systeem toch kapot, glunderde Ludo Martens gelaten. Die neo-christelijke zelf beschuldigende houding van intellectueel links, wat gaat die toch al lang mee.

**
‘AMADA-PVDA de kameleontische partij. Een inkijk in de verborgen agenda van extreem links’
van Edouard Hermy (2024), 274 bladzijden, info via [email protected]
Illustratie: Edouard Hermy
**