Op het Antwerpse hoofdkwartier van het ACV in de Nationalestraat hing afgelopen vrijdag een papier uit met de mededeling dat iedereen ziek was. De vakbond onbereikbaar! Wat was er aan de hand? Coronakomedie? Lentekriebels? Buikloop na de ramadan? Drugaanslag? Karottentrekkerij? Neen, er was een heuse staking aan de gang van het vakbondspersoneel tegen de werkgever ACV. Door een chronisch gebrek aan werknemers werd het werk neergelegd. Weg met het patronaat, euh, weg met de vakbond, dus.
Het is niet de eerste keer dat het vakbondspersoneel mort over de abominabele communicatie naar de betalende leden, over de middeleeuwse behandeling van de syndicale slaven, over de maximale onbereikbaarheid aan de loketten of aan de telefoon na de coronaklucht van inmiddels zo’n honderd jaar geleden en over de politisering van het eigenlijke dienstbetoon. Een staking zat er aan te komen.
Intussen heeft zetbaas Marc Leemans uit rauwe schaamte zijn brugpensioen (SWT) uitgesteld tot zijn effectieve pensioenleeftijd (waarbij hij op afroep dan toch ontslagen werd). Hij wordt opgevolgd door een nieuw intern braadkuiken en hij mag zich tot in 2025 bezighouden met een excuustruusfunctie binnen het syndicaat. Bijvoorbeeld novices opleiden, dineren met Europese partners in crime of een eind weg schoffelen in het schaamhaar van een allochtone secretaresse wier quota-opening net op tijd de huisgeloofwaardigheid deed pingelen.
**
Illustratie: ACV Nationalestraat, het centrum van niet-bestaand dienstbetoon
**
