Graag wat minder valse gevoeligheid

‘Culturele veldslagen, filosofie van de culture wars’ is een boek over identiteitspolitiek van Gijs van Oenen. In ‘de Verdieping’, het weekendkatern van de krant Trouw, stond een opmerkelijk interview met deze politiek filosoof. Op zoek naar de wijsgerige en historische bronnen van begrippen als identiteit en woke stelt hij onomwonden dat ‘identiteitspolitiek uitloopt op burgeroorlog’.

Oorzakelijke verbanden leggend gaat van Oenen terug naar vrijdag 21 oktober 1966. Toen hield de Franse Deconstructiefilosoof Jacques Derrida een lezing in Baltimore over ‘de werkelijkheid die niet bestaat’, want ‘er is niets buiten de tekst’. Samen met zijn leermeester Michel Foucault sloopte hij de grens tussen waanzin en rationaliteit. Ze poneerden dat ‘sociale gevolgen’ als seksuele voorkeur en ras geen feiten waren, maar ‘vertaalde’ constructies van machtspolitiek. Van zwarte tot homo via vrouw of patiënt, voor allen brak een gelijkwaardigheid aan. Iedereen kon zijn wie of wat hij wilde. Feminisme, antiracisme, klassenstrijd en cultuurmarxisme werden de toverwoorden. Inhoud verloor authenticiteit; vorm overheerste. Je kon aan alles een uitleg geven: van moderne kunst tot identiteit. Tot op vandaag maken we daar echter de desastreuze uitlopers van mee. Feitelijkheid wordt onderworpen aan een politiek correcte definiëring van wie ‘kwetsbaar’, ‘onmachtig’, ‘geviseerd’ of ‘slachtoffer’ is. Op die manier wordt de normaliteit van de dagdagelijkse werkelijkheid verwrongen.

Nobelprijswinnaar Doris Lessing had het ooit over een ‘taalburgerwacht’ die de zuivere lijn bewaakt. Ook vandaag liggen de puristen op de loer om elk woord te wegen op het correctheidsschaaltje. PALNWS berichtte over een aan de Universiteit van Stanford opgestelde lijst van mogelijk kwetsende woorden. Een ‘gebruiker’ van het internet lijkt te veel op een verslaafde. Die ‘verslaafde’ zou op zijn beurt niet zo mogen worden benoemd, want dat ’reduceert de persoon in kwestie tot één aspect zonder diens totale persoonlijkheid in beschouwing te nemen’. Het woord ‘gek’ is plots denigrerend enzoverder. Te gek voor woorden, dus. Rake woorden en vrije gedachten zijn gevaarlijk geworden.

De Amerikaanse filosofe Rebecca Tuvel had het in een feministisch tijdschrift naar aanleiding van de trans-hype over raciale transitie. Anders gezegd: als een man mét piemel zich vrouw mag noemen, dan mag een blanke vrouw zich bijgevolg ook zwart noemen als ze zich zo voelt of gewoon wil voelen. Natuurlijk beweerden bepaalde figuren meteen dat ze posttraumatische stress hadden opgelopen tijdens het lezen van haar stuk. Valse gevoeligheden duwen de echte van de baan.

Er is zo net op Kerstdag gelukkig ook wat goed nieuws: in Zweden startte de nieuwe rechts-getinte regering een onderzoek naar de woke-uitsluitingsmechanismen aan de universiteiten. En John Cleese (83) gaat voor GBNews een komisch programma over de cancelcultuur ontwikkelen. Dat belooft. Zeker op een moment dat een Britse medische studie aantoont dat wie de legendarische ‘Silly Walk’-scene uit Monty Python naspeelt meer dan voldoende cardio-oefening voor die dag presteert. Voor wie met Kerst geen zin heeft in een onverteerbare herhaling van De Kampioenen op de blijkbaar cultureel failliete VRT kan bij de BBC terecht voor andersoortige herhalingen van topprogramma’s die wél in de Kerstsfeer thuishoren. Moge in 2023 ons taalgebruik niet meer zoutarm ‘neutraal’ zijn.

**

Geniet van de VIDEO HIER

**

STEUN ‘TSCHELDT

**