De Teloorgang van de Democratie!

Met staten die zich democratisch noemen, is het net als met de dwazen die zichzelf slim achten: als ze zelf niet zeggen dat ze het zijn, zegt niemand het.

**

De doorzichtige poging van de valse slimme om een bevestiging van schranderheid in de mond van een ander te leggen, mislukt meestal bij voorbaat. Hoe meer de domme zich woordelijk wijs waant, des te meer ook de nadruk op zijn onwetendheid komt te liggen. Met de democratie is dat niet anders! Hoe meer potsierlijke politici, zelfverklaarde gidsen van de samenleving of rasechte Bezopen Vlamingen zeggen de democratie te dienen, des te meer ze haar verraden. Hoe meer een staat moet herhalen dat hij democratisch is, des te minder hij het is!

Ten andere, wie in die val trapt, schaadt zichzelf niet weinig. Het westen heden ten dage nog “democratisch” heten, correspondeert zowat naadloos met Anna Boleyn als een negerin afbeelden. Nochtans reiken de wortels van de democratie behoorlijk diep! In het oude Athene werd er al geëxperimenteerd met “het volk aan de macht” (“dèmos”, volk en “kratein”, regeren). Althans, zo vertelt ons de geschiedenis. Maar wat heet geschiedenis dezer dagen nog? Zelfs in de nieuwe eindtermen gaat het enkel nog om taal, wiskunde en – hoe kan het anders? – STEM; lekker waardevrij … tenminste toch op het eerste gezicht.

Koen Pelleriaux, de gloednieuwe “onderwijs(ver)knoeier” aan het hoofd van het GO, vroeg zich zelfs openlijk af of het nog wel zin had leerlingen Wiskunde-Wetenschappen de Franse literaire stromingen te leren kennen. Nee natuurlijk niet! Immers, hoe dommer en wereldvreemder de alumni, des te kneedbaarder hun geest. Voor geschiedenis is dit niet anders. Woke waanwezentjes zonder klokhuis herschrijven haar dagelijks met in weerzinwekkende onzin gedrenkte ganzenveren van armlastige analfabeten zonder inktpot. Het lijkt wel of al die wakkere “experten ter zake” dubbelgangers zijn geworden van Ibsens Peer Gynt die, na talloze omzwervingen, eindelijk thuis komt en zichzelf moeiteloos herkent in een ui: laag per laag te pellen, maar volkomen zonder kern.

Voor wie de geschiedenis nog wél weet te smaken – voor wie derhalve John Locke en Charles de Montesquieu nog wel een profijtig belletje doet rinkelen – komt “democratie” ten gronde neer op de scheiding der machten (drie in getal): geen machtsconcentratie in één hand maar een verdeling ervan over verschillende handen; onderlinge controle van de ene macht op de andere en het volk dat het laatste woord heeft (volkssoevereiniteit). Zou het vervloeken van deze principes niet zo pijnlijk zijn, dan lag eenieder die het slecht politiek theater van vandaag toch een beetje volgt al lang in een onontwarbare “gordiaanse” deuk, waarin elke hoop op bevrijding vakkundig gesmoord werd. Zelfs Alexander (de Grote uit Macedonië, niet de Cro-magnon uit België) komt dan te laat!

De geometrisch bekwame medemens heeft allang begrepen dat de scheiding der machten van Montesquieu zich gemakkelijk laat vangen in een driehoek, waarbij de drie punten elk bezet worden door één macht – hetzij de wetgevende, de uitvoerende en de rechterlijke macht – en waarbij, langs de zijden, controlepijlen lopen; bv. de wetgevende controleert de uitvoerende, de uitvoerende controleert de rechterlijke, enz. Zo werd het ons destijds nog aangeleerd; toen onderwijs nog die naam mocht dragen!

Dit is trouwens niet de enig mogelijke driehoek; de geschiedenis heeft er meerdere gekend: denk aan de Atheense driehoek: Ekklèsia, Boulè, Dikastèria; de Romeinse driehoek: Senaat (aristocratisch), Magistratuur (ondanks republikeinse verzuchtingen “monarchistisch”), Concilia Plebis (democratisch) of, in het Ancien Régime, de drie “K’s” van Hilaire Beloc: Kerk, Koning, Kapitaal. Allemaal overdachte voorgangers van en variaties op onze “democratische” driehoek, die ook allemaal, weliswaar in andere tijden, geolied hebben gewerkt.

Onze huidige driehoek daarentegen werkt van geen meter meer! Het is de uitgeholde driehoek van een democratie, die bezwaarlijk nog zo kan genoemd worden, tenzij dan uiteraard door de ondemocratische en knotsgekke excellenties zelf die, in dezelfde beweging, hun eigen wanbeleid schaamteloos “slim” plegen te noemen. Heet de dagelijks georganiseerde file in en rond de Scheldestad tegenwoordig niet “Slim naar Antwerpen”? Of wat te denken van het overbetaalde groene gespuis (en hun onwelriekende acolieten), dat ons allemaal de goorste energie-armoe in stort, zelfvoorzienende en CO2-neutrale kerncentrales sluit en, op de koop toe, een Russische gas-afhankelijkheid roekeloos ruilt voor een “energieke” onderwerping aan een twistziek Midden-Oosten, dat oorlog als een tweede natuur meetorst en dus nooit vrede zal kennen? Dat “slimme” Tinne niet kan tellen, haar geschiedenis niet kent en al blundert nog voor zij haar tot de nok gevulde bek opentrekt, nemen we er klaarblijkelijk graag kritiekloos bij!

Van die driehoek mogen wij echt geen weerwerk meer verwachten. Neem bijvoorbeeld het parlement (wetgevende macht). Stuk voor stuk zijn het gebuisde cabaretiers met een slechte timing die wekelijks hun afgezaagd nummertje vol falende eigen vondsten mogen komen opvoeren voor een al even eigen publiek, waarna de bespottelijkste wetsvoorstellen, meerderheid tegen minderheid, worden goedgekeurd. De meest complexe problemen worden er ondergeschikt gemaakt aan de twee-minuten regel. Geen parlementaire conferencier zit er nog om het volk te vertegenwoordigen; ze zitten er, heel gehoorzaam, hun partij aan het volk te slijten! Het pluche sommeerde hen, niet omdat ze aan echte politiek wilden doen, maar omdat ze per toeval in het juiste arrondissement woonden, het juiste bruine kleurtje hadden, al te lang voor de partij folders gingen bussen … of, gewoon, omdat ze een acrobatisch onderstel hadden dat flexibel toegang verschafte tot “l’Origine du Monde”. Allemaal zó gespleten! Toch?

En dan dat andere punt van de driehoek: de regering (uitvoerende macht)? Moeten we eigenlijk nog meer zeggen? Een bende onverbeterlijke herrieschoppers onder leiding van een dynastieke parvenu met een seksverslaving, die het land zomaar verkoopt aan de hoogstbiedende ondemocratische instantie. Het volk is hun vijand, de eigen bovenmatig gevulde beurs hun beste vriend. De lijm die hen stevig aan hun onverdiende zetel kleeft, bestaat uit een toxische cocktail van een eenkennige fobie voor rechts, op smaak gebracht door een gekweekte fobie voor covid of klimaat. Bindmiddel blijft de valse en bekrompen groene ideologie, waaraan ze zichzelf niet eens gelegen laten.

En dan spreken we nog niet eens over het derde punt van de driehoek, de rechterlijke macht! De politiek benoemde en activistische toga-narren, die de mildste verkeersovertreder tot de kruisdood veroordelen, vervolgens laten vierendelen en de resterende vleesmoten op de maatschappelijke brandstapel roosteren; maar die, in alweer dezelfde beweging, promiscue en zedeloze verkrachters met de juiste teint een opstelletje laten schrijven in een taal naar keuze. Onder het hermelijn van hun epitoga verbergen zij allen angstvallig de juiste partijkaart die het gebrek aan maatschappelijke empathie en juridisch wijsheid moet bemantelen.

Gaandeweg werd de oude en afgedragen “democratische” driehoek trouwens vervangen door een fonkelnieuwe, die echter met democratie geen spat meer te maken heeft. Vandaag leven we onder het juk van de driehoek der 3 M’en: MinisteriesMiddenveld en Media.

Ministeries

Allereerst zijn er de Ministeries die de gouvernementele trekpoppen van dienst moeten animeren en voorzien van cijfers. Daartoe spreken zij experten zonder expertise aan die de meest onbecijferbare facetten het leven min of meer schappelijk moeten becijferen. Eens de “cijferkakker” het absolute cijfer heeft gedrukt, kan de trekpop zijn minutieus geregisseerd buikspreeknummertje opvoeren. Het “eeuwige ministerie” overleeft aldus de “tijdelijke politicus”, die zichzelf, weggestoken achter gewis onvolledige cijfers, niet eens verbrandt en zich, na de verkiezingen, weer een ander ministerie kan toe-eigenen, waarvan hij ook al geen snars snapt.

Middenveld

En ook het Middenveld grijpt in de nieuwe driehoek de macht! Lobbyisten allerlei, liefst van bedenkelijk allooi, en geïnstitutionaliseerde belangenverdedigers, vastgeroest in tot op de draad versleten gremia, reserveren de hoeren en “sterrendinertjes” voor de politieke trekpoppen; maar als het echt om de knikkers gaat, wordt er gelobbyd aan de top van het Ministerie. De politieke trekpop – zot gepoept en volgevreten – acht zich, na al dat werelds fraais, nog altijd belangrijk, maar wordt, wegens zijn onbeholpen ignorantie, ondeugdelijk hard langs achter gepakt door z’n eigen Ministerie. Wie daarbij nog steeds de illusie zou koesteren op de multinationale bedrijfswereld te kunnen rekenen, moeten we ook al teleurstellen: omwille van de smeer likken zij elk kletsnat “politiek correct” gat dat voorbij schudt, graag ten nadele van de kleinhandelaar, die één voor één definitief de deuren kan sluiten.

Media

De derde M staat voor de Media! Zowel in audiovisuele als in gedrukte vorm. Ooit de vierde macht geheten, die kritisch de incongruenties van de macht blootlegde, schuiven zij thans kritiekloos mee aan de regimetafels aan. Kruimels en kliekjes blijken voor hen te volstaan om van scherpzinnige observator te metamorfoseren tot spreekbuis van de overheid. Elke dag weer pennen en leuteren persparasieten kranten en talkshows boordevol regeringsmededelingen, die de absurditeiten van het bewind moeten voorzien van een onrustbarend serieux. Bovendien meten deze omhooggevallen baljuws van het onbedachtzame denken, deze seneschalken van de slaafse schaamteloosheid zich de aanmatigende allure aan om elke smeerlapperij te maken en alle fatsoen te kraken. De Media als magistraat van de pensée unique? Laat de beul maar al de messen van de guillotine wetten!

Op één punt verschilt de moderne “3M triangel” overigens van alle vorige: langs de zijden van de driehoek lopen namelijk geen controlelijnen meer. De ene “macht” controleert geenszins nog de andere, maar allen maken ze gemene zaak met elkaar. De beproefde “checks and balances”, die elke driehoek tot hiertoe sierden, werden vervangen door een assistentiesysteem waarbij de ene macht de andere uit de wind zet. Langs de zijden van de driehoek loopt geen toetsing meer, maar een apparaat van bijstand, backing en bescherming. Dat apparaat heet “subsidie”, net wat je van een visieloze samenleving zonder principes mag verwachten: zij dient nog slechts de geldgod! Blinde bescherming wordt gekocht. Met dit heikele gevolg dat het volk niet meer het laatste woord heeft, maar onophoudelijk een rad voor de ogen gedraaid wordt. Zo een maatschappij kan bezwaarlijk nog een democratie heten. Hiervoor zijn andere termen uitgevonden …

**

STEUN ‘TSCHELDT

**