Het zat eraan te komen: de regimeverslaggeving over de coronawoede, het verzet tegen de QR-maatschappij, tegen de inefficiëntie van het “abonnementsvaccin” waar enkel de Big Pharma rijker van wordt maar wij geen haar beter, de mondmasker-idiotie … het moest en het zou geridiculiseerd en “geframed” worden! En dan zijn twee pijlen vuurwerk en een handjevol amokmakers voldoende om de gedragen boodschap van de manifestanten met een karrevracht fake news weg te vijlen. Voor de pers gold eens te meer: wiens brood met eet, diens woord men spreekt. Gelukkig, lieve lezer, is er in dit perslandschap van halve blinden en hele ideologen ook nog ’tScheldt om U min of meer objectief en met een kwinkslag op de hoogte te houden. Wij waren er immers zelf bij!
De Trein is Altijd een Beetje Reizen
Het begon al op de trein naar Brussel. We hadden de 11.40 uur genomen omdat iets in ons zei dat er massaal veel volk de tocht naar Brussel zou ondernemen. Dat bleek correct! Niet eens de laatste trein naar Brussel en hij zat al tjokvol. Eén dociele kniesoor, die zich wat onwennig voelde met al die mensen om zich heen, gebood een elegante vrouw naast hem om een vod voor d’r mond te spannen, wat zij ook onmiddellijk en zonder protesteren deed: een sexy en stijlvol kanten exemplaar nog wel – het kon zelfs haar slip zijn! – dat de vrouw alvast in staat stelde om te ademen en ook het virus niet al te veel belemmeringen oplegde. De onwennige kniesoor zag dat het goed was. De regeltjes, mevrouw! Volgens de positivistische rechtstheorie van Hans Kelsen zit de rechtvaardigheid nu eenmaal “in” de regel zelf vervat en die mag dus niet op intelligente wijze in vraag gesteld worden; een adequatere basis voor Orwelliaans totalitarisme vinden, wordt moeilijk!
Van ticket- of mondmaskercontrole was nochtans geen sprake! Van propaganda voor de optocht, ingelegde extra treinen of prijskortingen, zoals bij de klimaatbetogingen, evenmin: mensen van allerlei slag die zich op grond van weloverwogen bedenkingen vragen stellen bij het gevoerde sanitaire beleid zijn voor het systeem natuurlijk stukken bedreigender dan beschamend recalcitrante jongelui die spijbelen tegen de klimatologische bierkaai (als in Italië een deel van het Eolische eiland Vulcano echt moet ontruimd worden wegens te hoge CO2-concentratie door vulkanische activiteit, hoor je ze niet; maar riskeer zelf geen stukje vlees van een ietwat flatuleuze koe met smaak te verorberen of de wereld vergaat).
De Boodschap
De ware omvang van de manifestatie werd pas echt duidelijk bij het verzamelen aan de Koning Albert II-laan. Een immense massa stroomde toe en bleef toestromen! Geen deelnemer die begin of einde van de stoet kon zien. Nog voor het begin van de optocht stond men reeds in drommen tot aan de Kruidtuinlaan. En nog bleef de myriade mensen, als verontwaardigd magma van La Palma, vanuit alle zijstraten, meanderend de gelederen versterken. Van alle slag waren ze: van piepjong tot stokoud, van volks tot elitair, van links tot rechts, van Vlaming tot Waal, ja zelfs van gevaccineerd (wellicht voor de laatste keer) tot overtuigd ongevaccineerd. Voor een keertje verenigden zich de gebelgde Belgen voor één buut: de sanitaire gouvernementele kletspraat. Boven de hoofden van de massa wapperden uitbundig zelfs verschillende regenboogvlaggen! Zij hadden het dan weer niet begrepen op de “R” in de QR-code: de “Q” volstond voor hen al ruim-schoots!
Volgens de regimepers ging het bij de betogers vooral om vrijheid, wat uiteraard perfect paste in het afgezaagde riedeltje van een egoïstisch protest: “mijn vrijheid en de rest kan stikken”. Dat de zorgsector, die omwille van haar professionele toewijding toch bezwaarlijk van egoïsme kan verdacht worden, behoorlijk vertegenwoordigd was, ontging het performante journaille haast volledig! Ooit waren ze onze helden, nu nog slechts het schuim dat weliswaar met kennis van zaken schoon genoeg heeft van de zakkenvullerij van Big Pharma en aanverwanten. En dat ook duizenden moeders en vaders er met en voor hun kinderen waren gekomen en bordjes meedroegen als “Blijf van onze kinderen af!” of “Mama, wat heb jij voor onze toekomst gedaan!” viel al helemaal op de blinde vlek van het doortastend journalisten-oog.
Dat “staaroog” bleef maar zoeken naar straalbezopen amokmakers met twee hersencellen; eentje om te zuipen, de andere om te pissen, maar had wegens ideologische preformatering geen moment de blik veil voor de massaal verzamelde middenklasse die weldegelijk maar al te goed weet dat onze beschaving vanaf Socrates stoelt op dialoog en die – door belezenheid of ervaring, bovendien met de 20ste eeuw in gedachten – een fijnmazig intellectueel verklikkingssysteem heeft ontwikkeld waarvan de rode lichtjes frenetiek beginnen te branden als politiek gedirigeerde staatswetenschap de plaats inneemt van vrij verworven deskundigheid en als de beoefenaars van deze laatste vorm geframed, bespot, geridiculiseerd, doodgezwegen en zelfs gebroodroofd worden.
De Optocht
Het tendentieus pamflet De Morgen kopte de dag nadien en voor een keer eens niet achter een betaalmuur: “Na de rellen in Brussel: wie zijn de betogers tegen de ‘pasjesmaatschappij’?” Zij kwamen niet veel verder dan “een allegaartje aan betogers (…) die vooral gemeen hadden dat ze geen mondmasker droegen.” Waar is toch dat rebelse en revolutionaire karakter gebleven, waar links eertijds zo tuk op was? Vrijheid bestaat voor hen klaarblijkelijk alleen nog maar als de klimaatjeugd zijn eigen toekomst bewust ligt te slopen. “Ook antivaxers, rechtse en extreemrechtse manifestanten en (…) Dries Van Langenhove (…) stapten mee”, gaat het artikel verder in een ultieme poging om weldenkend links, dat evenzeer aanwezig was, op betere gedachten te brengen. De vooringenomen meute “overheidshoernalisten” (met “h”, jawel!) van het obsoleet gazetje had slecht één nacht nodig om voor hun achteloos en in aantal aldoor slinkend lezerspubliek perfect uit te vogelen wie die tienduizenden en tienduizenden mensen toch wel allemaal waren. Ze kwamen niet verder dan het vooraf reeds virtueel bijeengeharkt profiel van de betogers. Dan was zelfs de woke De Standaard een flard eerlijker door ten minste te stellen dat “onderzoek (nog) zal moeten uitwijzen wat het profiel van deze relschoppers (was). De Morgen wist het al. Dachten ze.
Rond 13.15 uur trok de menigte zich eindelijk op gang en overspoelde de Kruidtuinlaan. Overal waar men keek, zag men families, gezinnen, koppels, collega’s, vrienden, oud en jong verenigd, die de officiële lezing om allerlei redenen, hetzij vanuit hun kennis, hetzij vanuit hun ervaring, niet meer slikten. De ambiance zat erin, de sfeer was vredelievend, de stemming eensgezind. Hier en daar kwam men zelfs een oude bekende tegen waarvan men niet meteen vermoedde dat ook bij hem (of haar) de grenzen bereikt werden. Aan het spoedafdeling van kliniek Sint-Jan (op de hoek van de Broekstraat) werd even halt gehouden om de verplegers en verpleegsters met dienst een hart onder de riem te steken. Een geest van solidariteit vulde de koffiekamer van de spoedafdeling, duimen gingen vastberaden de lucht in, de spijt niet mee te kunnen opstappen stond op de gezichten van de dienstkloppers te lezen.
Op de Bisschoffsheimlaan liep het traject zachtjes omhoog. Tijd om even achterom te kijken. Tot zover men kon zien, en nog verder, palmden mensen de volledige rijweg in beide richtingen van de brede Kruidtuinlaan in. Dit succes was onverhoopt! Politie en regimepers waren er al te snel bij met hun minimaliserende schattingen van het aantal deelnemers. 35.000? Dit moet een grap zijn! Vermenigvuldig de officiële cijfers vlotjes met twee, en je komt al meer in de buurt. De meest optimistische schattingen spraken zelfs van honderdduizend en meer, al zal dat wel iets té optimistisch zijn. Noch de organisatoren, noch de media, noch de politie hadden zoveel volk verwacht. En de PS-burgemeester van Brussel, Philippe Close, al helemaal niet, maar van hem zijn we dat min of meer gewoon: hij ziet buiten zijn salaris en renumeraties zo goed als niks nog echt aankomen.
“Georganiseerde” Rellen?
Ter hoogte van de Madoutunnel op de Regentlaan begon het even mis te lopen. Motards in fluo oranje motorjack – en behorende tot het politioneel restafval dat in de week zelf de ene overtreding op de andere stapelt waarvoor zij de gewone burger met de glimlach beboeten – hadden het gebruikelijke gangpad met hun rijtuigen afgesloten. Sommigen kropen alsnog tussen de moto’s door; anderen daalden af in de tunnel, waar de knallende voetzoekers van antwoord werden gediend door een welgekomen versterkende echo. De adrenaline bij de minuscule minderheid driftkikkers begon te stijgen: het ambtelijke opzet was al half geslaagd, nu was het aan de vechtgrage RoboCops die zich aan de Wetstraat hadden opgesteld. Ze hadden zich toch niet voor niks in die apenpakjes gestoken? Aan reeds deels opgehitste zatlapperij heb je dan geen kind meer om de zaak te laten escaleren.
Door de massale opkomst van de tienduizenden familiale en vredelievende betogers, was het voor velen even onduidelijk waarlangs het parcours verder liep. Reden genoeg dus voor de heethoofden om tot actie over te gaan.
Er circuleert trouwens een foto van een “mondmaskervrije” champetter, geflankeerd door twee in oproepkraaier vermomde collega’s, die hun beurt afwachten om de optocht te vervoegen. Of hier sprake is van uitlokking is wellicht moeilijk te zeggen; feit blijft wel dat kwestieus politioneel tuig op de vuist ging met straalbezopen uitvaagsel, waarmee ze duidelijk dezelfde wieg deelden. Dat zagen we met eigen ogen in de Jozef II-straat. De vechtersbazen werden echter terstond door dappere mannen én vrouwen uit de optocht zelf terecht gewezen: “daarvoor zijn wij niet naar Brussel gekomen”, riepen ze de gedrogeerde strijdlustigen toe. Ook was er sprake van infiltratie door Antifa-gebroed dat alleen maar gekomen was om te vechten. Op de brug boven het in 2016 gebombardeerde station Maalbeek stonden wat van die lui, met de vuist hoog in de lucht, te scanderen tegen een stel ingebeelde fascisten en het grootkapitaal. Spijtig voor hen dat het daar nu even niet over ging.
Door politioneel en politiek amateurisme (of regelrechte opzettelijkheid?) werd het doel echter bereikt: de mensenmassa verspreidde zich deels over verschillende straten en kwam pas tegen het einde van het parcours terug bij elkaar. Sommigen hielden het daarom prematuur voor bekeken, deels wellicht ook omdat ze vonden dat hun punt gemaakt was; anderen liepen wat verloren rond in Brussel op zoek naar het traject. Uiteindelijk bereikten genoeg betogers de eindstreep om de optocht vooralsnog als zeer geslaagd te bestempelen. Na de ontbinding schijnt er nog wel wat bezinksel het Jubelpark tot oorlogszone uitgeroepen te hebben. Zeer ten spijtigste! Tijdens de betoging was enkel de Regentlaan, en net om de hoek, de Jozef II-straat even te mijden. Een heel klein smetje op een grotendeels volledig vredevolle manifestatie, zeker vergeleken met het antiglobalisten-, Antifa- of BLM-geweld, dat zich over heelder stadsdelen uitstrekte en gepaard ging met buitensporige verwoestingen en dito plunderingen: een sfeer die slechts met keurig uitgezochte beelden op de VRT kon gesuggereerd worden. Evenwel zonder resultaat: ze missen aan de Reyerslaan nog steeds Robin Raemakers die in 2011 geweervuur in zijn Haïti-reportage liet monteren om de concurrentie met oorlogsjournalist Rudi Vranckx van wat brandstof te voorzien …
Politieke en Journalistieke Radeloosheid
De rellen speelden natuurlijk wel in de kaart van pers en politiek: zij werden voor de zoveelste keer ontslagen van de plicht om inhoudelijk te reageren. In zijn reactie volgde de premier zoals gebruikelijk alleen zijn piemel en was hij nog steeds maar voor één gat te vangen. Hij hekelde slechts het geweld in de rand maar zweeg zedig over de inhoudelijke aspecten van het protest. Sinds “Santa Credibilità” – Eveline met de voornaam, geloof ik – zijn levenspad heeft verlaten en de “schiet-gebedjes” van de eerste minister koud op een kale steen vallen, wekt de man nog eerder medelijden op dan weerstand.
En ook Annelies – M’as-tu-vu – Verlinden vond de opstootjes onaanvaardbaar. Dit keer zonder het “Wij begrijpen volkomen de gevoeligheden en emoties van de betogers”, zó gangbaar bij protesten van BLM en ander ongerief! Misschien in het vervolg wat sneller tussenkomen bij kleinere brandjes op het parcours, Annelies, en wat minder stoken, dan moet je nadien niet met volle kracht het uitslaande vuur blussen.
Als tegengewicht voor het geweld in de rand van de optocht mocht Peter Piot in de Zevende Dag zijn duivels, zonder al teveel vel over z’n buik, komen ontbinden langs de kant van het regime. Deze viroloog op z’n retour, die zijn professionele acme al een tijdje achter zich heeft liggen, beschuldigde elke niet-gevaccineerde verpleger of verpleegster klakkeloos van doodslag. Aan de man is duidelijk geen groot jurist verloren gegaan. Op radio één mocht Karel Verhoeven, hoofdredacteur van De Standaard, dan weer even in gesprek met de als journalist weggepromoveerde ombudsman van de VRT, Tim Pauwels:… een eind weegs gelul en een lamento over de journalistieke afwezigheid op de wel heel stoute sociale media, gevolgd door een oeverloos gekwek over de vraag hoe ze in het vervolg met meer succes, meer van hetzelfde kunnen doen … Daar bleef het bij. Geen woord echter over de wetenschappers en proffen van Tegenwind, geen woord over het volkomen gebrek aan kritische ingesteldheid van de media, en ook geen woord over de inhoudelijke strekking van de protesten…en tienduizenden mensen die daags na het protest in Brussel het gestumper, gestotter en gestamel van een ineenstortend systeem vanop de eerste rij en als betrokken partij konden aanschouwen. Wie een opmerkelijke streep stiller uit de hoek kwam, was het eschatologisch scharminkel Frank Vandenbroucke; maar dat zal wel een stilte voor de storm wezen. Dat heb je nu eenmaal met vleesgeworden verwaandheden!
Wie er bij was houdt aan de optocht in ieder geval een warm gevoel over. Velen zagen dat ze verre van alleen het dagelijkse “fake news” en de dociele onderdanigheid aan het regime van de reguliere pers moeten ondergaan, zeker na de masterclass die na de protesten werd gegeven. Niemand kan nu nog beweren er met z’n kritiek alleen voor te staan. En het “tous ensemble”, het “allemaal samen”, de “ploeg van 11 miljoen”, daar was het toch allemaal om te doen? De rest volgt wel. De ogen moeten toch eens opengaan!
**

***