Eind 19e eeuw stonden de Franse veroveraars voor een uitdaging. Ze hadden half Europa veroverd, nu moest het nog onder de knoet gehouden worden. Hun oplossing? Ene Jean-Claude de Cusmeclote had een idee : “laten we het opdelen in “provincies”, lappen grond waarvan de omvang bepaald werd door de afstand die een ruiter op één dag kon afleggen. Handig om die boerenpummels te blijven domineren”.
Zo gezegd zo gedaan. Het oude Graafschap Vlaanderen werd in twee gehakt (Oost- en West-Vlaanderen, inderdaad) en het Hertogdom Brabant in drie (Noord-Brabant, Brabant en daartussen “de provincie van de twee Neten”…. de huidige Provincie Antwerpen….uw dienaar is dus een Twee-netenaar….). Men bedacht zelfs een nieuwe naam, Limburg, voor het westelijke deel van het oude Prinsbisdom Luik. Even wilde men het Lulburg noemen, of Groot-Bokrijk, maar dat bekte te moeilijk voor een fransoos en de inwoners van dit gebied zouden later al genoeg uitgelachen worden.
En aan het hoofd van deze provincies kwam een Gouwleider, die ze “Gouverneur” noemden. Een brave apparatsjik, gezant van het regime die tot taak had de Franse bezetting te continueren, en het klootjesvolk onder de knoet te houden.
Deze provincies bestaan nog. En Gouverneurs zijn er ook nog. Politiek benoemde ambtenaren die nog altijd het Regime vertegenwoordigen. Lange tijd waren dit schichtige, grijze muizen. Dat veranderde toen ene Andries Kinsbergen, Amsterdammer van geboorte, door de toenmalige PVV tot Gouverneur van de Provincie Antwerpen gebombardeerd werd. Al snel nam hij iemand in dienst, mevrouw Geeraerts, die instond voor “de audienties bij de Gouverneur”. Meteen was de toon gezet. De Koning en de Paus kregen zowaar concurrentie audienties! Als je daar zat te antichambreren kon je genieten van één van de drie (!) statieportretten die Kinsbergen van zichzelf liet maken. Bescheidenheid sierde deze liberale mens.
Kinsbergen liet ook de vzw Economisch Studiebureau Antwerpen oprichten, waar de provincie jaarlijks een dotatie aan gaf, en die bestuurd werd door Kinsbergen en een paar député’s. Zo kon men (de députés deden lustig mee) kosten maken zonder toezicht van de Provincieraad…. Hun “economische missies” zouden hoog scoren op de Wereldranglijst van Snoepreisjes. Terzijde: die mevrouw Geeraerts stond na haar pensionering nog lang op loonlijst van de vzw Economisch Studiebureau Antwerpen. Tot ‘tScheldt dit aankaartte… en Geeraerts de volgende maand “ontslag nam”…. Dat was lachen!
Aangezien het inkomen van Gouverneur niet hoog genoeg was, ook al werd het aangevuld door zitpenningen allerhande, werd Kinsbergen (net zoals zijn opvolgers Camille Paulus en Cathy Berx) hoogleraar Rechten aan de Antwerpse Universiteit. Eigenlijk een voltijdse betrekking, waarmee de facto bewezen wordt dat de job van Gouverneur niet veel tijd inneemt… mooi meegenomen, die extra wedde.
Nog was het niet genoeg voor deze liberaal . Driesje kwam dan op een lumineus idee. De Nazi’s, sorry, de Franse Bezetter had voor hun Gouverneur ook een ambtswoning voorzien. Voor die arme Parijzenaar die daar ergens naar een ver afgelegen achterlijk oord bewoond door boerenpummels gezonden werd. Ondertussen een totaal onnodig gebouw, inderdaad. Kinsbergen vond echter dat hij er recht op had, op dat mooie herenhuis aan de Elisabethlei. Hij dacht diep na hoe hij er munt uit kon slaan. Op een vrijdagavond (wat doet een mens op een sabbat?) kwam hij op een lumineus idee. Hij stelde aan zijn partijgenoot die toen minister van Binnenlandse Zaken was voor, om een besparing door te voeren. Hij zou in zijn eigen huis blijven wonen, doch de staat moest hem daarvoor vergoeden, want hij had recht op een ambtswoning, niet? En op die manier werd de echte ambtswoning overbodig. De liberaal van dienst kuchte even, en keurde het goed. 60.000 Belgische frank kreeg Kinsbergen, in de jaren ‘70 voor zijn huis in de Gounodstraat, op 500 meter van het Provinciehuis. De eigenlijke ambtswoning zou men decennia lang laten verkrotten, om ze dan tegen een habbekrats te verkopen. Vadertje staat zat dus met de kosten, en Kinsbergen met de poen. Zijn “ambtswoning” liet hij dan nog wat renoveren, op kosten van u en mij. Vooral dat laatste is erg.
Kinsbergen zou 25 jaar Gouverneur blijven. Wat hij juist uitspookte zal altijd een mysterie blijven. Zijn banden met de diamantwereld kwamen wel duidelijk boven toen hij zijn kabinetschef, Peter Meeus, naar de top van de hoge Raad voor Diamant pistonneerde (1999) Pijnlijk dat enkele jaren (2006) later dezelfde Peter Meeus naar Dubai verhuisde, om daar voor de Arabieren te trachten de Antwerpse diamanthandel naar ginds te verkassen. Sluw bekeken van de zoon van de cafébaas van “De Jezuiet” op de hoek van de Venusstraat en de Prinsstraat, nabij wijlen de UFSIA. In 2017 zou Meeus dan afzwaaien in Dubai. Genoeg verdiend? In 2020 zou deze echte liberaal vervolgens proberen de HRD over te kopen. In opdracht van de Arabieren? Om het te verkassen naar de woestijn? Gelukkig verhinderden niet-liberalen dit.
Op het einde van zijn loopbaan zorgde Kinsbergen nog even voor zichzelf. Ergert u zich aan het feit dat ex-ministers nog twee jaar een medewerker ter beschikking krijgen? Kinsbergen deed beter. Hij regelde voor zichzelf levenslang een bureau bij de vzw ESA (eerste verdieping, kantoor links wanneer u de lift uitstapt, Lange Lozanastraat 223) én een medewerkster, de genaamde Monique. Bien joué!
Zo eindigde dan deze lakei van het regime. Nog even trachten zijn naam te vereeuwigen (stel dat er iets met die drie staatsieportretten zou gebeuren) door een bestaande stichting voor gehandicapten op zijn naam te zetten. En hij liet nog snel twee paletten van het klassieke relatiegeschenk van de Provincie, een duur kunstboek (Lannoo) bestellen. Kwestie dat men nog jaren dat boek met zijn voorwoord en tronie zou kunnen verspreiden. Zijn opvolger, Camille Paulus liet deze boeken afvoeren, en bestelde er nieuwe. Leuke jongens, die liberalen.
En een jaar na zijn overlijden lazen we in het tijdschrift van het Gielsbos, instelling waar fantastische mensen zich over de minstbedeelden van onze samenleving bekommeren in het voorwoord het volgende. De directeur berichtte er over een schenking die ze gekregen hadden. Niet zomaar een schenking, een erfenis! Niemand minder dan Gouverneur Andries Kinsbergen had aan het Gielsbos gedacht. Nu zult u geachte lezer, meteen een verregaande vorm van waardering opbrengen voor dit sierlijke gebaar. Niet te vlug echter,…. wat had het Centrum geërfd? Een bronzen borstbeeld. Van Andries Kinsbergen zelf. Hij had dus een borstbeeld van zichzelf laten maken, om het dan aan Het Gielsbos te schenken. Met de bedoeling dat het, … inderdaad, een mooi plaatsje kreeg, hetgeen ook aangekondigd werd door de directeur. Echter, ieder van die fijne mensen die daar in het Gielsbos dagelijks het beste van zichzelf geeft voor de zwaksten in de samenleving is een waarachtiger mens dan Andries Kinsbergen.
“Hij was een echte liberaal”, aldus Gwendolieg Rutten (ondertussen op pré-prépensioen, met behoud van wedde) bij zijn overlijden.
Dat was hij zeker. Moge de kiezers dit zootje in 2024 vernietigen.
**
Illustratie: gouverneur Andries Kinsbergen