Hoe de CD&V zich de vernieling in veranderde

Het begon al in 1999 toen premier Jean-Luc Dehaene na de crisis met de dioxine-kiekens zijn ei niet meer kwijt kon. Het fake news over een algehele bevolkingsvergiftiging dat gretig door Duracellkonijn Verhofstadt werd gevoederd zorgde ervoor dat geen kip meer wist wat waar of vals was. In het hoenderhok dat de CVP was krioelde het van de knuppels die meenden dat een naamsverandering hen electoraal kon redden.

Zo ontstond in 2001 de CD&V: de ampersand in de benaming moest het cement der gezamenlijkheid illustreren. Ampersand werd ook de naam van het ledenmagazine. Hoe cool was dat! Van het woord ‘christelijk’ hebben ze blijkbaar nog steeds spijt bij de tsjeven. Het woord ‘democratisch’ moet inmiddels wel het summum van nietszeggendheid zijn gaan betekenen. Een doorsneemens stelt zich immers bij dit woord meestal iets anders voor dan de door abstracte rechtsregels afgebakende en met gebetonneerde wereldvreemdheid ineengestoken meccanodoos waartoe de ‘liberale democratie’ is verworden. ‘Vlaams’ tenslotte zorgde voor de ludieke ondertoon in de naam. ‘We mogen toch nog eens lachen, hè madame?’.

Wat was toenmalig voorzitter Stefaan de Clerck extatisch toen hij zijn hippe vernieuwde partij op het ledencongres in Kortrijk ‘de CD&V’ mocht noemen. Enkel door het lelijke Paars onder Verhofstadt was de kiezer opgelucht dat Yves Leterme een oase beloofde na 8 jaar woestenij. Het was niet de naam die extase opwekte bij de kiezer. Zoals iemand die op weg is naar zijn terminus nog eenmaal opleeft was dit ook het geval bij de christendemocraten. We zien allemaal hoe ze er nu voor staan.

Ook de zuilen die zich decennia aan de partij hadden gekoppeld zijn zich aan naamswijziging gaan bezondigen. De gul georganiseerde vrouwenbond KAV met haar emanciperende werking schaamde zich plots voor haar verleden en huppelde voortaan door het maatschappelijk leven als FEMMA. Ook hier weer zo heerlijk cool en militant klinkend, zo strijdbaar, zo modern, zo inspelend op de noden van de hedendaagse vrouw. Leve de moedige middenstreep van de geëngageerde amazones

Het ACW straalde de kracht van een vertrouwde merknaam uit, sterker nog, het deed vermoeden dat deze koepel van christelijke organisaties onaantastbaar was, machtig en vooral redelijk eeuwig. Maar neen, na het Dexiaschandaal sneuvelde de naam. Het Algemeen Christelijk Werknemersverbond werd Beweging.net, alweer zo’n coole uit te kreten naam. Vandaag weet werkelijk niemand wat dat (nog) is en put elke verse voorzitter van dit vehikel zich uit in het zich distantiëren van de politieke partij. Je kunt je op den duur zo wanhopig onafhankelijk verklaren dat je helemaal alleen overblijft.

En dan de vakbond: binnen het ACV heb je de beroepscentrales en de gewestelijke verbonden. Ook die hebben een naam, al hebben ze tegenwoordig meer en meer het sexappeal van een klam nummertje. De Landelijke Bediendecentrale LBC heeft zich herdoopt tot PULS, een naam die vaag iets wegheeft van het magazine Plus voor 50-plussers. Nochtans moest er van deze doordachte naam een impuls uitgaan die de syndicale dynamiek van de opgezweepte achterban belichaamde. ‘Plus est en vous’ hoor je tegenwoordig al eens. ‘Mag het ietsje meer zijn?’ zou een slager eerder vragen aan de geslachte christendemocratie. Hadden ze aan hun traditie van dienstbaarheid en degelijkheid wat trouw betoond, dan hadden ze uiteindelijk meer overgehouden dan louter verpakking.

Pico Bello

***