Koereurs

Er zijn nog van die zekerheden in de wereld. De Sint komt op 6 december, op 1 januari hebben we hoofdpijn en drinken we water en als het verkiezingen zijn verliezen de socialisten. En verder wordt – ergens in februari – het wielerseizoen op gang geschoten. Niet dat er in de winter niet gefietst wordt, dan doen ze aan “veldrijden”. Een sport die door enkele tientallen bewoners van de Kempen beoefend wordt, naast het bolderen-met-de-ogen toe, dat eerder een zomersport is. Veldrijden is wereldnieuws in Vlaanderen dankzij de Regimepers. Even saai als de paddenstoelen zien groeien. Een uur rijden ze rondjes. Netjes achter elkaar. De eerste wint dan. De bezoekers, in verregaande staat van dronkenschap verkerend, worden wakker gehouden door het hysterische gekrijs van een omroeper. Na een uur wint Mathieu van Der Poel. Als die niet meedoet, wint Wout van Aert. Doet die ook niet mee, dan wint een onbekende. Een Kempenaar.

Wout Van Aert is een ernstig man. Hij lacht nooit. Zijn amorfe blik bewijst dat bij iedere mens inderdaad nog genen van de Neanderthaler aanwezig zijn, bij sommigen meer dan bij anderen. In interviews is hij minder sterk dan in fietsen. Hij vermijdt iets interessants te vertellen over de koers, omdat er niets interessants te vertellen is. Het weigeren van het uitspreken van woorden met meer dan twee lettergrepen is standaard (aangezien er maar twee goede veldrijders zijn?). Wout kijkt ook ieder jaar uit naar het Wereldkampioenschap. Naast de collega Kempenaars doen er dan twee wielrenners uit Zimbabwe mee, een Chinees en twee Cambodjanen (waarvan één een been verloor door een landzwijn – of was het een landmijn?-). Aangezien er maar vier “Belgen” mogen meedoen, mag algemeen aanvaard worden dat het makkelijker is om wereldkampioen te worden dan om een doorsnee veldrit te winnen (dan doen warempel 26 Kempenaars mee). Tenzij Mathieu van Der Poel meedoet. Die rijdt altijd sneller dan Van Aert. Hetgeen gewoonweg oneerlijk is.

Veldrijden. Slaaptherapeuten raden het soms hun meest hopeloze patiënten aan. Dat rondje-fietsen is echter hoogst belangrijk bij de Regimepers. Ze beginnen het journaal er soms mee! Belangrijker dan de Brexit of de migrantencrisis, of Anuna De Zever. Terwijl het amper 0,003 % van de bevolking interesseert, en die liggen al dan niet dabberend in hun kots nog zat naast het parcours, doorgaans met een plakkerige bruine rakker in hun broek vanwege de vierde hamburger te veel.

En dan begint “het wielerseizoen”. Bij diezelfde onbeduidende journalisten die hun onbenulligheid een halve winter “op het veld” geëtaleerd zagen, begint de hoogmis. Tientallen uitgesponnen voorbeschouwingen, praat- en andere prutsprogramma’s, … de pret kan niet op. De meest corrupte sport ter wereld wordt verheven tot het Walhalla van de sport. Zo houden ze elkaar recht, derderangs sportlui en derderangs journalisten. Zo verdienen ze bun boterham. Dwerg zoekt dwerg. Opium voor het volk.

Over het ethische niveau van dat gefiets kunnen boeken geschreven worden. Er zijn de tientallen dopinggevallen. De onderlinge afspraken wie mag winnen. De zéér ernstige ongevallen. Zowat bij elke koers. Door hun eigen toedoen, begeleidende motoren, toeschouwers, wegvergissingen … komt dit in andere sporten ook voor ? Verder de jonge wielrenners – het lijstje is al lang – die dood in hun bed gevonden worden. Uniek, inderdaad. Vallen er doden bij tennis, voetbal, zwemmen, atletiek? Wordt er in die sporten … bier over de deelnemers gekapt, en in sommige gevallen zelfs urine? In welke andere sport doen de deelnemers tijdens de wedstrijd hun kleine en soms grote behoefte … in het openbaar naast het circuit? Iemand een idee? De automatische vergeving en herintegratie van bedriegers is nog het meest irritante … je mag als Koereur iedereen belazerd hebben, je bent altijd terug welkom. Een morele miserie die begonnen is toen het Vlaamsche Wielerpubliek de op doping betrapte Eddy M. uit M. onmiddellijk in de armen sloot, toen deze bleitend stond te jammeren over het onrecht dat hem aangedaan was. Gepakt worden. Bleit Bleit. We schrijven Ronde van Italië, 1969. De “Grootste” zou drie keer betrapt worden op bedrog. Hoe kan je dan de Grootste zijn?

Het ontbreken van ethiek kwam ook duidelijk boven bij de Ronde van Vlaanderen anno 2014. Ene Johan Van Summeren – lijf van een giraf, verstand van een muis – achtte het nodig om met zijn fietske van het parcours af te wijken en over een … vluchtheuvel te wippen, waar hij de 66 jarige Marie Claire zwaar overhoop reed. De gevolgen waren dramatisch. Het slachtoffer van deze fietsdebiel zou er een zware hersenbeschadiging én fysieke verlamming aan overhouden. Haar lieve man Philippe moest met haar naar een OCMW woning verhuizen. En denkt u nu dat er vanuit de wielerwereld – waar toch veel geld circuleert – een initiatief genomen is om die menskes te helpen? Neen. Totaal niet. Noch door de verantwoordelijke koereur (die zelfs nooit zijn slachtoffer bezocht, en in interviews probleemloos stelt “de zaak achter zich gelaten te hebben”), noch door zijn ploeg, noch door de organisator van de wedstrijd, noch door de Belgische of Internationale wielerbond … werd er iets ondernomen. Ze haalden de schouders op en koersten verder. Dankbaar dat de Regimepers zoveel aandacht aan hen besteedt, waardoor er inderdaad publicitaire miljoenen verdiend kunnen worden met dit randfenomeen in de sportwereld. De totale desinteresse voor het lijden van Marie Claire staat in schril contrast met de gigantische aandacht die de pers geeft aan de moedige revalidatie van Stig Broeckx. Dit verkoopt, ….dat arme menske uit Bommerskonten niet. Pecunia non olet.

En verder …al ooit een wielrenner iets interessants horen zeggen? De sympathieke gasten van Down the Road etaleren meer levenswijsheid dan welke koereur dan ook. Uiteraard kan je sportlui bewonderen. Geef ons maar Nina Derwael, the girl next door die met de zwemerige glimlach in een zee van bescheidenheid – en voor hoogstens wat zakgeld – de absolute wereldtop haalde in een wereldsport, met haar slank lijf alle opgefokte Amerikaanse, Russische of Aziatische turntarzans naar huis zwierend. Of Nafi Thiam, is het een gazelle of een panter? … een streling voor het oog. Of die Hockey jongens, de als Florentijnse schandknapen ogende jeunesse dorée met voornamen om consultant of bankier te worden die vanuit hun villawijken in Brasschaat of Waterloo gestormd zijn om de hele wereld naar huis spelen, in de eerste plaats het Herrenvolk van boven de Moerdijk. Dat zijn sportlui. Dat is genieten. Heerlijk.

Hebben onze babbelwielrenners overigens al iets gewonnen dit jaar? Nope. “De Koers Is Van Ons”, jaja. Zeker en vast. Van dom nationalisme – of is het domme marketing? – gesproken. Geen platte prijs. Nada. Rien de Knots. De renners uit Luxemburg en Schotland deden het beter. Vlaamse sport n° 1, …. Echt? Waar we fier op moeten zijn ? Op welke plaats eindigde de eerste Belg in de Ronde van Vlaanderen ? Mooie kwisvraag. Iemand? Was het nu de achtste of de elfenderstigste?

Tot slot nog dit. Vooraleer we alweer een belerende lezersbrief krijgen waar we maanden depri van zijn. Waarom we Koereurs – neen, geen spelfaut – en niet coureurs schrijven? Wel, ieder jaar zie je die amusante helikoper-beelden van paarden en koeien die de wielrenners hardnekkig in de parallelle wei achterna lopen. Waarom ze dat doen? Ze kennen die KOEreurs. Van in de wachtzaal. Bij de dierenarts. Dikbillen onder elkaar. Altijd leute samen. Santé

Blatt Leser