Olleke “Polleke” Rebusolleke

Kijk daar! Is dat Paul Cordy niet? Districtsburgemeester van Antwerpen. Ook wel “cordiaal Polleke” genoemd, maar dan meestal door lieden die hem niet zo goed kennen. Mensen die wél weten wat voor vlees ze in de kuip hebben, houden het liever op “cardiaal Polleke” omdat telkens hij alweer een kans heeft gemist om te zwijgen – een beroepsziekte bij politici – zij die Antwerpen nog genegen zijn, het “hart vasthouden”. Dat geldt overigens evenzeer wanneer er andermaal een schop de grond in wordt gedreven. En op Pollekes bevel gebeurt dat wel eens in de Scheldestad, nooit echter waar het nodig is of met het verhoopte resultaat!

Polleke ziet eruit als een eerste communicant; waant zichzelf nochtans theoloog. Als N-VA een jezuïetenafdeling zou hebben, hij was Generaal-Overste! Praat probleemloos recht wat Vlaams nationaal krom werd geslagen en vice versa (al komt dit laatste minder voor). Schuimt heel Vlaanderen af om de minste kritiek op zijn partij mordicus de kop in te slaan. In café “de Grot” in Oostrozebeke heeft de dorpsgek z’n bezopen hersens nog niet helemaal bijeengeraapt om nuchtere kritiek op de N-VA te leveren of Polleke heeft op facebook de laagste registers van dit drankorgel al vakkundig gecastreerd. In aloude contra-reformatorische traditie nog wel! Met twee kromgegroeide sequoia’s in de eigen ogen oculair op zoek gaan naar dat ene balorige takje in een voor het overige minutieus gesnoeide buxus van een ander: je moet er niet alleen het woord “schaamte”, maar gelijk de hele S-katern voor uit je woordenboek gescheurd hebben.

Vanaf z’n eerste overdadige iftar-schranspartij in mei (tijd waarin de campagne op kruissnelheid kwam) verzamelde Polleke alle nietsnutten van zijn en andere kabinetten om de wikipedia over te typen en op zijn facebook te posten. “Vandaag is het precies 518 jaar geleden dat Keizer Karel voor het eerst in zijn majesteitelijke kribbe piste”. Vriend en vijand zat er zo mee verveeld dat alleen de cabinetards-typisten nog op de posts reageerden: “Amaai, Polleke, gij zijt ne slimme”, ondertussen de tekst nog aanvullend met een historisch weetje dat ze vergaten over te schrijven en dan maar in eigen naam toevoegden. Waarop Polleke: “Amaai, Ludwig en Stephan, gelie zijt slimmerikken!” Gelukkig is die gênante drang na de verkiezingen wat geluwd: hij zal zijn posts nu terug zelf moeten typen.

Het ergerlijkst van al blijven echter de apologieën over zijn oeverloos mislukte stadsvernieuwing. Antwerpen bloedt tegenwoordig als nooit tevoren dood (daartegen is 1585 een familiepak pinda’s), maar Pol ziet de zure pruimen nog steeds niet hangen! “Heel de stad een woonerf!” riep hij uit. Weer duizend beschaafde burgers die met pak en zak vertrekkensklaar staan om nooit meer terug te komen; in Afrika draaien ze van de weeromstuit alweer volle kracht warm om de vrijgekomen plaatsen in te komen nemen, maar geen Polleke dat zijn “euroke” weet vallen. In woorden pleiten voor de auto, maar in daden kiezen voor de fiets; verbaal het Vlaamse volk aaien maar in de feiten de exotische curiositeiten knuffelen … het blijven rare zwiepers in het Vlaams nationalistische brein. Toch eens hartstikke benieuwd hoe Polleke de zwenk naar het zelfverklaard “duivelse” graaisocialisme gaat uitleggen? Daarvoor volstaan, vrees ik, geen jezuïetenstreken. Dat wordt gelijk een “Olleke “Polleke” Knol” van een leerling-tovenaar, met wellicht een niet onaardige “boom” in een ander politiek atelier!