Janus is de Romeinse godheid van het begin en het einde en wordt afgebeeld met twee gezichten die elk de andere kant uitkijken. Als Griekse vluchteling kwam hij aangewaaid in Italië, waar men hem verheerlijkte totdat het Christendom er vaste voet aan de grond kreeg. Nadien taande zijn betekenis. Tot nu dus! Janus ‘met de twee gezichten’ lijkt aan een reveil bezig te zijn, al zit zijn nog summiere aanhang vooral in één partij: Groen! De groene mythe wint veld: zalig de groene tegenspraak! Of het verhaal van twee neuzen in tegengestelde richting.
Zichzelf tegenspreken, is nochtans het waarmerk van de moderne politiek, maar bij Groen! werd het tot kunst verheven. Het begon al met de zelfverklaarde “radensocialist” Jos Geysels die, naar boven geklommen in de katholieke zuil, alle katholieken pardoes uit zijn partij kieperde. De stichter als eerste! De Turnhoutenaar zal echter voor altijd bekend blijven als “dwars- en gladjanus” die de democratie trachtte te redden door haar af te schaffen (cordon sanitair). De contradictie kwam pas goed op kruissnelheid met Mie “Vogels”: haar duikvlucht in 2003 leidde tot een geheel nieuwe interpretatie van het Icarusverhaal. De trend was onherroepelijk gezet en verliet de partij nooit meer. Op papier een milieupartij, kwebbelen ze bij Groen! aldoor over allochtonen. Nochtans toonde CurieuzeNeuzen onweerlegbaar aan dat er geen grotere milieuvervuilers bestaan dan migranten. Bovendien ontvang je toch geen miljoenen gelukzoekers van elders zonder impact op de leefomgeving. Toch? Maar ook streeksgewijs foerageert de partij op tegenspraak. Wat in Antwerpen bestuurlijk resulteert in een “couperende” coïtus interruptus, is in Brussel dan weer een doorschietend glijmiddel. Denk maar aan het verbod op “hoofdkapootekes” voor moslims. Groen! installeerde zich evenzeer als partij van de “quota”. Bekwaamheid en geslacht met elkaar verwarrend, gingen ze tekeer tegen de benoemingen in de Raad van Bestuur van de Nationale Bank, aldoor wijzend op de groene profetische woorden die nooit werden uitgesproken. Maar wanneer er zich dan toch eens een duo aandient met de juiste quotaverhoudingen – Sinterklaas en zwarte Piet – is het weer niet goed. Vreemd overigens dat voor Groen! net de “zwarte” moet sneuvelen. Geslachtelijk zou het olijke duo trouwens ook voor de groene kar kunnen gespannen worden: geen van beide realiseert z’n mannelijkheid immers voor het volle pond. De gemijterde draagt een kleed; zwarte Piet tooit zich met een stel pittige oorringen en bloedrood gestifte lippen; niet meteen attributen die, door de bank genomen, de mannelijkheid sieren!
Maar ook op personeel vlak is het tegenspraak troef! Neem nu Kristof Calvo. Eigenlijk heet hij Kalf/Veau, maar om dyslectici en vooral vlees-producerende dieren niet te schofferen, kortte hij zijn naam fonetisch af tot Calvo. Dacht er, na het lezen van het onderwijsprogramma van zijn partij, nog mee weg te komen ook! Zou als Catalaanse belgicist (?) toch blij moeten zijn met een Vlaams nationalistische partij die, als eerste beleidsdaad na haar machtsovername, de eigen statuten diep vroor. Niet dus: kankeren doet hij tot het einde! Of wat te denken van het “voorzitsel” van Groen!, Meyrem Almaci. Klein van was, blaast ze hoog van de kathedraaltoren (sic!) en loopt ze, té zwaar beboezemd, aan tegen de wiegende kerkklokken waarvan ze de klepel nog steeds niet weet hangen. Of Woutertje Van Besien. Hij is nog altijd vruchteloos op zoek naar een betamelijke synthese tussen een gladgeschoren helderheid en een bebaarde geheimzinnigheid. Koos onderwijl dan maar voor een stoppelige beuzelachtigheid, vooral dan wanneer het zijn eigen vrouw betreft die in de Roma evenzeer van ‘t gemeen vreet als al de rest.
Voor elke zelf uitgevonden emmer warm water lijkt Groen! wel een overvolle pispot ijskoude zeik te hebben. In de natuurkunde hebben ze daar een woord voor: entropie! En die kent maar één richting: de neerwaartse. Dat wist zelfs de links-rechts kijkende Janus al!